De Herdersjongen en de Wolf
De Herdersjongen en de Wolf.
In Syrië vertelt men dit verhaal ook. En er hoort muziek bij.
In Marokko vertelt men dit verhaal ook.
Een Herdersjongen hoedde de schapen van zijn meester. De schapen liepen op een wei naast een donker bos, niet ver van het dorp. Al gauw begon de Herdersjongen zich te vervelen. Hij kon zich alleen maar amuseren door tegen zijn hond te praten en liedjes te spelen op zijn herdersfluit. Op een dag zat hij neer in de wei en keek ^ naar zijn schapen. Hij vroeg zich af wat hij zou doen indien er uit het bos een Wolf kwam en de schapen aanviel. Zijn meester had hem gezegd dat hij dan om hulp moest roepen. De mensen uit het dorp zouden dan naar de wei lopen en de Wolf wegjagen. Het leek hem wei leuk om al die mensen te zien lopen. En alhoewel er geen wolf te zien was riep hij heel hard: "Wolf! Wolf!" De mensen in het dorp hoorden hem roepen en liepen snel naar de wei. Maar toen ze daar aankwamen zagen ze hoe de jongen zijn buik vast hield van het lachen omdat hij ze allemaal had gefopt. Een paar dagen later riep de Herdersjongen opnieuw: "Wolf! Wolf!" En weer kwamen de mensen aangelopen om hem te helpen. Maar ook deze keer was er geen Wolf te zien en terug zat de Herdersjongen te schudden van het lachen. Op een avond, terwijl de zon wegzakte achter het bos en de schaduwen langer werden, kwam er echt een Wolf uit het bos. De Wolf keek naar de Schapen, koos er een uit en zette er zijn tanden in. De jongen was nu heel bang en liep naar het dorp en schreeuwde: "Wolf! Wolf!" Maar de mensen uit het dorp geloofden hem niet meer en gingen verder met hun eigen werk. Ze zeiden: "We laten ons geen derde keer foppen." Ondertussen beet de Wolf veel schapen van de jongen dood en sloop toen terug weg in het bos. Leugenaars worden niet meer geloofd, ook wanneer ze de waarheid spreken. Persiflage:
Een politicus hoedde de belangen van zijn meester Mark Rutte. Al gauw begon de jonge(n) zich te vervelen. Hij kon zich alleen maar amuseren door tegen zijn muur te praten en ”liedjes te spelen op zijn herdersfluit”.
Op een dag zat hij neer in zijn kantoor en keek ^ naar zijn (bevolking)schapen. Hij vroeg zich af wat hij zou doen indien er uit het bos een slechte boze Wolf (virus)kwam en de schapen(mensen) aanviel. Zijn meester Mark Rutte had hem gezegd dat hij dan om hulp moest roepen.
De mensen zouden dan naar de stad bijeen komen en (het virus) de Wolf wegjagen. Het leek hem wel leuk om al die mensen te zien lopen uit angst. Ze moesten ook mondkapjes op en anderhalve meter afstand houden, en hun bek houden, en doen wat er gezegd werd anders kregen ze een boete.
Ze moesten ook thuisblijven en mochten niets meer en moesten van alles dat ze niet wilden.
Hij lachte zich suf. Wat een domme mensen waren dat allemaal geweldig grappig.
Hij verveelde zich geen seconde meer.
En alhoewel er geen (virus)wolf te zien was riep hij heel hard: “Corona – Wolf! Corona – Wolf!” De mensen in de stad hoorden hem roepen en liepen snel naar de stad toe. Maar toen ze daar aankwamen zagen ze hoe Hugo de jonge(n) zijn buik vasthield van het lachen (met zijn vrienden) omdat hij ze allemaal had gefopt. Een paar dagen later riep de jonge(n) opnieuw: “Corona – Wolf! Corona – Wolf!” En weer kwamen de mensen aangelopen om hem te helpen. Maar ook deze keer was er geen Corona virus Wolf te zien en terug zat de jonge(n) te schudden van het lachen.
Op een avond, terwijl de zon wegzakte achter het bos en de schaduwen langer werden, kwam er echt een gevaarlijk corona Wolf virus uit het bos. Corona virus De Wolf keek naar de (mensen) Schapen, koos er een uit en zette er zijn tanden in. De jonge(n) was nu heel bang en liep naar het dorp en schreeuwde: “Corona Wolf! Corona Wolf!” Maar de mensen uit het dorp geloofden hem niet meer en gingen verder met hun eigen werk. Ze zeiden: “We laten ons geen derde keer foppen.” Ondertussen beet het corona virus de Wolf veel schapen van de jonge(n) dood en sloop toen terug weg in het bos. Leugenaars worden niet meer geloofd, ook wanneer ze de waarheid spreken.