web analytics
11:11 Dubbele getallen
Edgar-CayceGezondheid & UiterlijkMaatschappij & PsycheReincarnatieSpiritueel

Liefdesleven en geestesleven

Seks

Liefdesleven en geestesleven

Het liefdesleven is een universele uitdaging en we moeten allen de betekenis en de plaats ervan in ons leven begrijpen.

Het is dikwijls een liefdevolle, innige verhouding die de grootste mogelijkheid biedt tot geestelijke ontwikkeling.

Het verhaal van een 41-jarige vrouw (2329-1) die bij Edgar Cayce raad kwam vragen, bevestigt dit punt.

De vrouw had heel haar leven van volwassene een gestoord liefdesleven gehad en hoopte enkele antwoorden te krijgen over haar moeilijk huwelijk, haar onvoldane geslachtsbehoeften, haar zoeken naar een verbinding met de geestelijke zijde van het leven.

Haar verhaal is één der best gedocumenteerde waarin Cayce een persoon hielp sexualiteit te begrijpen in termen van geestelijke groei. De archieven bevatten lange, openhartige brieven tussen haar en Cayce. In haar brieven is een zeker verlangen naar geheimhouding omdat ze zich zorgen maakte dat haar echtgenoot zou ontdekken dat ze een sterke drang had om weer een verhouding met een oude bewonderaar te beginnen.

Toen ze contact opnam met Cayce was ze erg verward en gespannen. Ze was lichamelijk ziek. Een dokter had haar een behandeling met oestrogenen aangeraden maar ze vreesde dat die haar geslachtsdrift zou aanwakkeren. In haar brief die de eerste lezing aanvraagt, beschrijft ze de grote spanning in de 18 jaar van haar huwelijk. Zij en haar echtgenoot hadden nooit geslachtsgemeenschap gehad. Hij was onmachtig, niet door zijn eigen schuld, zoals ze het uitdrukte. “De nodige lichamelijke ontwikkeling is er eenvoudigweg niet,” schreef ze. Ze weigerde uit te leggen waarom ze bijna 20 jaar lang getrouwd was gebleven, maar in veel van haar brieven schrijft ze dat haar man lief was en “een zeer mooi karakter” had.

Toch erkende ze haar ontstuimige natuur en sterke geslachtsdrift. In de beginjaren van haar huwelijk compenseerde ze haar teleurstelling in haar man door verscheidene avontuurtjes. Eén ervan was merkwaardig. Gedurende lange jaren werd ze vervolgd en aanbeden door een man die sinds zijn kindertijd op haar verliefd was, maar die haar zijn liefde niet verklaarde tot na haar verloving met degene die haar man zou worden.

Enkele jaren na haar huwelijk ontmoette ze hem weer. Hij was nu ook, schijnbaar ongelukkig, getrouwd en zij was verijdeld door haar onmachtige man. Ze koos hem “van tijd tot tijd te ontmoeten” maar probeerde een onzelfzuchtige draai aan de verhouding te geven. “Hij ging eraan kapot,” schreef ze Cayce. “Ik dacht dat het hem van zijn verlangen zou genezen, een soort psychologische onderbewuste zuivering. Ik wist dat ik in al zijn kinderdromen en fantasieën aanwezig was. Gedurende al die jaren lagen ze diep en slapend in hem en ik voelde dat, indien hij die dromen waar kon maken, hij zou genezen zijn.”

Helaas bereikte haar “geneeskundig” avontuurtje zijn doel niet. “Het hielp hem alleen de toestand beter te verdragen. Ik brak het af omdat ik zijn vrouw niet wou bedriegen.”

Na jaren uit haar gezichtsveld te zijn verdwenen, duikt hij plots weer op, nog steeds getrouwd. “Zodra we elkaar zagen, brandde zijn vlam met dezelfde hevigheid, en ik beantwoordde ze. Ik probeer ons los te koppelen, maar mijn gezondheid lijdt eronder.”

Op dat ogenblik vroeg ze Cayce om bijstand:

– welke zijn mijn verplichtingen tegenover mijn echtgenoot en tegenover die man?

– zou een verhouding met een vertrouwelijke vriend vrijgezel mij helpen positief en ritmisch te funktioneren en door te gaan met mijn normaal huishoudelijk leven en werk?

De lezing die ze kreeg (2329-1) ging voornamelijk over de ontleding van haar sexualiteit en de gelegenheden die ze nu bood voor een zeer grote zielegroei. Ze oordeelde niet, ook haar avontuurtjes niet. Er moest geen oordeel gevormd worden over haar sterke lichamelijke en emotionele driften door ze te vergelijken met de gedragscode van iemand anders. De beslissingen en daden konden alleen afgewogen worden tegen haar eigen geestelijke waarden en idealen.

De lezing beschreef verder een draaiende neiging in haar ziel: ze liet toe dat geslachtsdrift en gevoelsverlangens haar in moeilijkheden brachten. Het gemak en de natuurlijkheid waarmee ze zich in sexuele verhoudingen bewoog, stond in grote mate in verband met ervaringen uit vorige levens. Hoe kon ze met dit patroon breken?

Het was een kwestie van juist te onderzoeken op welke grond ze haar idealen en waarden in dit leven koos. Ze moest het hoofd bieden aan de neiging haar leven te laten vormen door het bevredigen van lichamelijke aandoeningen, hetgeen Cayce “de universele drift rijzend vanuit Venus” noemde.

Carl Jung zou dit waarschijnlijk hebben beschreven als een neiging om zich te laten bezitten door het architype van de minnaar.

Maar waarom had het zo’n sterke invloed op haar? De lezing van Cayce zegt dat dit in verband staat met herinneringen van de ziel stammend uit vorige vleeswordingen.

Ze was een bruid-op-bestelling in de pioniersdagen van het Wilde Westen, legt haar lezing uit. Verkocht aan een man bij wie ze niet goed paste, had ze de gelegenheid niet zich door de verlangens van haar hart tot een huwelijkspartner te laten leiden.

Toch leerde ze er het beste van te maken en kende zo een grote zielsverheffing.

In een ander leven – waarin zich het sterkst de sexuele tweestrijd in de 20ste eeuw vormde – was ze het slachtoffer van een misbruik makende middeleeuwse gewoonte. Toen haar man naar de kruistochten vertrok, liet hij haar in een kuisheidsgordel achter. Ze was er diep door geschokt en wou zich wreken.

Dit bracht perioden mee van verscheidene storende krachten: het beslissen van eens, ergens, vrij te zijn en zich te wreken. Wie was deze kruisvaarder? Haar echtgenoot – nu onmachtig – en potentieel zeer kwetsbaar voor haar buitenechtelijke verhoudingen.

Die vorige levens en de bijhorende 20ste eeuwse tweestrijd onderstrepen één punt: sexualiteit is een arena van het leven die alle sleutel-ingrediënten van de menselijke ziel beïnvloedt.

Het zijn de verbeeldende krachten van de gemoed (mind), de beslissingen en keuzes van de wil, en de levenskracht, vol beweging, van de geest.

Maar sex is niet alleen de plaats waar we gemakkelijk in moeilijkheden geraken, het is ook daar waar we grote vooruitgang kunnen maken. Ze moest de verijdeling doorstaan van met een onmachtige man getrouwd te zijn; ze moest vechten tegen haar eigen diepe neigingen om vrij naar haar emotionele en sexuele driften te handelen. Dit waren de uitdagingen waaruit ze begon keuzes te maken.

Ze had alle verleidingen om zich te wreken opgegeven. Ze was discreet en liep met haar buitenechtelijke ervaringen niet te koop. Toch was ze niet zeker te kunnen leven zonder haar sexualiteit rechtstreeks uit te drukken. Maar ze wist dat ze hem niet wilde kwetsen terwijl ze haar eigen noden bevredigde.

Korte tijd voor ze zich tot Cayce wendde voor raad, probeerde ze hard gedurende een tijd de kundalini kracht op een hoger peil te brengen door dagelijkse meditatie. De gevolgen waren slechts gedeeltelijk bevredigend.

Zou ze dus weer een verhouding beginnen met haar getrouwde minnaar? Cayce’s raad was eerder een richtlijn: “Hou jezelf vlekkeloos van de wereld”. Hij kon die richtlijn gegeven hebben omdat zijzelf had getoond tegen een verhouding met een gehuwde man te zijn. Cayce nodigde haar integendeel uit scheppend te zijn in haar verhouding, maar zonder emotionele voldoening als leidende invloed.

In antwoord op haar vraag over die ongetrouwde vriend met wie ze haar lichamelijke verlangens kon bevredigen, liet Cayce haar meer vrijheid in haar keuze. “Zulke vragen kunnen alleen beantwoord worden volgens uw ideaal… In degenen die het doen voor nuttige invloeden, is er geen veroordeling, maar het is zonde als het is voor persoonlijke, zelfzuchtige bevrediging.”

Essentieel moedigde Cayce haar aan zich ervan te vergewissen dat liefde (“nuttige invloeden”) haar beweeggrond was.

Haar briefwisseling met Cayce de volgende jaren – ze kreeg nog twee lezingen – duidt aan dat ze zijn raad volgde om verdere verwikkelingen met haar oude minnaar te ontwijken. En ze bleef bij haar man. Indien ze een verhouding begon met een vrijgezel, dan heeft ze dat niet vermeld.

Wat kan haar verhaal ons leren?

Weinigen onder ons moeten persoonlijk het hoofd bieden aan zo’n toestand. Maar indien de lezing juist is, moeten we allen een zielestrijd voeren met onze geslachtsdrift.

Als Cayce zegt: “Voor alle zielen is het geslachtsleven de grootste invloed in dit leven” dan weten we dat dit een universele toestand is.

Wat we ons moeten herinneren is dat sexualiteit ons veel keuzes laat. Deze zelfde lezing zegt verder dat de geslachtsinvloed niet altijd “bevrediging in de lichamelijke daad” betekent (911-2).

Er zijn veel manieren waarop we de scheppende kracht, die bestaat in de ruimte tussen de yin en de yang van onze ziel, kunnen gebruiken.

Cayce nodigt ons uit onze bepaling van sexualiteit uit te breiden en ze te beschouwen als meer dan slechts lichamelijke geslachtsgemeenschap. Sexualiteit is een uitdaging omdat we iets moeten aanvangen met de levenskracht die zich tussen de vrouwelijke en mannelijke polen weerkaatst.

Een liefdevolle, doelbewuste verhouding die lichamelijke intimiteit inhoudt, is één manier en dat pad biedt de mogelijkheid tot grote geestelijke groei.

Het grootste deel van dit artikel behandelt dit onderwerp omdat onze maatschappij moet begrijpen dat het geslachtsleven diep verbonden kan zijn met een geestelijke zoektocht.

Het is zeker dat de levenskrachten yin en yang zich kunnen uitdrukken telkens als we iets scheppen. In die zin kan “scheppen” betekenen: iets nieuws maken – zij het een mooi schilderij, een nieuw recept om stoofpot te maken, een beeldhouwwerk in klei, of een doorvoeld gedicht. De scheppende drang leeft telkens als we iets van onze individualiteit en van de goedheid in onze ziel proberen uit te drukken. Dit is de optie die, volgens Cayce, sommigen zullen kiezen om te proberen hun sexualiteit als groeimiddel aan te wenden.

Zulke scheppende daden kunnen ver verwijderd schijnen van wat we gewoonlijk onder sex verstaan, toch vragen ze eenzelfde kracht – een scheppend sap dat tot leven komt uit de bewegende polariteit, hoe we ze ook noemen: vrouwelijk-mannelijk, links-rechts, intuïtief-logisch, hart-hoofd, enz.

De verscheidene gezichtspunten op dit onderwerp moeten van dichtbij onderzocht worden: het verband tussen geslachtsdrift en scheppingsdrang en in het bijzonder het verband tussen de geslachtsdaad en geestelijke groei.

Feitelijk werd de verwantschap tussen geslachts- en geestesleven dikwijls verkeerd begrepen of ontweken. Men spreekt er weinig over, noch in boeken, noch in artikels, noch op voordrachten over het Cayce materiaal. Dit onderwerp maakt ons nogal verlegen of zelfbewust. Het schijnt ons allemaal zo privaat en persoonlijk en niettegenstaande we in een cultureel midden leven waarvan de media door sex geobsedeerd zijn, toch vinden de meesten van ons het moeilijk over sexualiteit te praten, nog minder beschouwen ze de band met onze spiritualiteit.

Gelukkig zijn de tijden aan het veranderen. Onlangs toonden verscheidene nationale, wetenschappelijke studies van alle soorten mensen een veranderde houding tegenover sexualiteit aan. Het spreekt vanzelfs dat sommige van die veranderingen ons gezonder schijnen dan andere. Maar de nieuwe openheid betreffende sex laat ons toe haar brede impact op ons leven te onderzoeken.

Eén van de gezondste ontwikkelingen van de Westerse spiritualiteit is de grotere waardering van het verband tussen geslachts- en geestesleven.

In de Oosterse godsdienstige tradities werd dit belang nooit zo geringgeschat. In het Christendom, echter, schepten eeuwen van onderdrukking en onnodige splitsing een valse tweeheid. Het heilige en het geestelijke zag men aan de ene kant, sexualiteit, verlaagd door de associatie met verleiding en zonde, aan de andere kant.

Honderd jaar geleden begon in het Westen een omwenteling, niet door een godsdienstig personage, maar door een geneesheer. Al wordt er veel kwaad over hem gesproken, toch begon Freud met een belangrijke herziening van de plaats van sex in ons leven en van haar aldoordringende invloed.

Al waren hun meningen over de meeste punten betreffende godsdienst en geestesleven verschillend, Freud en Cayce zouden waarschijnlijk met één punt akkoord gegaan zijn; ons geslachtsleven is onze grootste uitdaging.

Zij die na Freud kwamen, herontdekten de belangrijke rol van het geslachtsleven in een gezond en echt geestesleven. De dieptepsychologie heeft begrepen dat de gebied van heilige ervaring dat van het geslachtsleven elkaar kruisen. Clarissa Pinkola Estes, een dieptepsychologe die deze onderwerpen uitvoerig behandelde met haar patiënten, schreef over dit inzicht in “Vrouwen die met wolven lopen”:

In de ziel leven het heilige en het zinnelijke/sexuele naast elkaar, want ze vragen de aandacht door een gevoel van wonder, niet verstandelijk, maar door ervaringen van het stoffelijke lichaam, iets dat ons, voor een korte tijd of voor altijd, verandert , zij het een kus, een zicht, een diepe lach of wat ook, iets dat ons door elkaar schudt, ons naar een hoogtepunt leidt, onze lijnen effen maakt, iets dat ons een danspas geeft, dat ons doet fluiten, een waarachtige leven doet uitbreken.

Voornamelijk geïnspireerd door Jung, vestigt ze er de aandacht op dat hij de mengeling van het sexuele en het heilige echt naar waarde schatte.

Jung merkte op dat klanten met geslachtsproblemen gewoonlijk gedurende de behandeling vonden dat hun echte problemen geestelijk waren. Omgekeerd ontdekten patiënten die eerst dachten dat hun probleem geestelijk was, dat het een sexueel probleem was, sinds lang over het hoofd gezien.

Die begripslijn heeft zich de laatste tientallen jaren ontwikkeld door het opkomen van de transpersonele psychologie, een soort geestelijke psychologie gegrond op ons menselijk potentieel voor rechtstreekse ervaring van de eenheid die alle leven met elkaar verbindt.

Het zorgde voor een nieuwe wetenschap van de mens en is de basis van het leerplan voor een licentie aan de Atlantic Univiersity.

Eén van de ontdekkingen van de transpersonele psychologie is dat een sexuele ervaring een venster kan zijn tot een transcendente wereld. Sex heeft de mogelijkheid een veranderde staat van bewustzijn wakker te maken waarin we de fundamentele eenheid van het leven ondervinden.

Edgar Cayce als sexoloog.

Indien we de rollen zouden opschrijven die Edgar Cayce speelde als hij lezingen gaf -psychische diagnose steller, holistische genezer, droomduider, enz. – zouden de meesten van ons er niet aan denken er sexoloog aan toe te voegen. Nochtans was hij dat voor dozijnen mensen.

En wat Cayce zo bijzonder maakt als sexoloog is dat hij handig sex problemen in een bredere levensvisie inweefde. Hij zag de sexuele uitdaging en gelegenheid in termen van scheppende krachten, bewustzijns dimensies en de zeven geestelijke centra – plus de alles overtreffende invloed van waarden en idealen. Dit alles bestaat in ons geestelijk rijk.

Fundamenteel gezien heeft ons geestesleven te maken met een eeuwig deel van onszelf dat niet door de gekende beperkingen van stoffelijkheid is begrensd, d.i. door tijd en ruimte. Onze spiritualiteit maakt de rechtstreekse ervaring mogelijk van het leven, van de kracht en de betekenis, ervaring die de grenzen van de stoffelijkheid overtreft.

Spiritualiteit brengt ons in aanraking met eenheid, vrijheid en de aangeboren goedheid van het heelal.

Sexualiteit kan één manier zijn waarop we onze eigen spiritualiteit en die van anderen kunnen ontmoeten. Dit staat in verband met de manier waarop de Scheppende Krachten in de stoffelijke wereld werken. Cayce’s visie van het leven had veel te maken met scheppende spanningen tussen twee polen. Ze kunnen de stoot geven die ons op het pad van geestelijke ontwikkeling brengt. Geen enkele polaire spanning heeft meer betekenis dan het spel tussen mannelijk- vrouwelijk. Zoals de yin-yang van het Chinese taoïsme doordringt deze vrouwelijk-mannelijk polariteit bijna elk aspect van het stoffelijk leven.

Meer dan een gewone biologische drang tot voortplanting is sexualiteit in zijn kern de dans van de levenskrachten. In die dans vloeit ze heen en weer, van negatief naar positief, van intuïtief naar logsich, van vrouwelijk naar mannelijk.

Het is duidelijk dat, praktisch gezien, de sexuele invloed in alle soorten sociale toestanden terug te vinden is. Zelfs al drukken we onze sexualiteit met onze geslachtsorganen uit met een uiterst klein percentage van de mensen die we ontmoeten, toch is er iets sexueels in veel (indien niet al) onze sociale verhoudingen.

We handelen altijd met en leren van deze dans of stroom van scheppende krachten tussen hun twee thuisbasissen: het vrouwelijke en het mannelijke.

Het idee dat beide polen – vrouwelijk en mannelijk – in elk van ons aanwezig is, maakt de uitdaging van de sexualiteit nog rijker (sommigen zonden zeggen overweldigend ingewikkeld). Essentieel is elk van ons tweeslachtig.

Jung werkte psychotherapeutisch met dit onderwerp met zijn patiënten die probeerden de tegengestelde pool te ontdekken die diep in hun ziel woont. Voor vrouwen is deze “onzichtbare partner” (zoals de Jungiaanse theoloog John Sanford hem noemt) de animus, welke de mannelijke zijde van haar ziel is. De anima is de naam door Jung gegeven aan dit onbewust, tegengestelde geslachtsaspect van de man.

Jungs zienswijze aanvullend zei Cayce dat onze innerlijke geslachtspolariteit beïnvloed was door wedergeboorte.

Eigenlijk zijn we allen vlees-geworden als vrouw en als man. Ervaringen uit vorige levens beïnvloeden nog steeds sterk onze gevoelens, ons gedrag, hoe we ons zelf zien, hoe we onze problemen oplossen.

We hebben in ons het nodige om man en vrouw te zijn, omdat ze reeds beiden waren.

De spanning tussen mannelijk en vrouwelijk is een levendig probleem van scheppende kracht eerst in onszelf en komt dan tot uiting in onze verhoudingen met onze medemensen.

Dit gebeurt in onze meest intieme verhoudingen, en in onze verhoudingen met onze familie, met onze vrienden, met onze collega’s.

Ik vind een andere parallel tussen Jung en Cayce die het noteren waard is.

Jung noemt de reis om “heel” te worden het individuatieproces. Sexualiteit is een vitaal aspect van dat proces omdat een intieme liefdesverhouding kan bijdragen tot het ontmoeten van zijn eigen innerlijke onzichtbare partner.

Op dezelfde wijze zei Cayce dat er iets achter de scheppende polariteit mannelijk-vrouwelijk staat. Sexualiteit doet de ziel groeien indien het haar diepste beweegreden is de eenheid van alle leven te vinden. We slaan de bal mis als we een andere persoon het voorwerp van ons verlangen maken.

Cayce maakte dat een Deense vrouw van 37 op zoek naar een man onverbloemd duidelijk. Ze immigreerde naar Amerika toen ze 25 was, werkte er eerst als kindermeisje. Kort na haar aankomst aldaar ontmoette ze een man met wie ze een verhouding begon. Noch haar werk, voornamelijk als kok, noch haar verhouding schonken haar voldoening. Ze wou een belangrijker werk maar haar gebrek aan beroepsvorming was een hindernis. Nu, na 12 jaar, begon haar verhouding sleet te kennen en eindigde ongelukkig en kort daarna kreeg ze scherpe pijnen in haar benen en in haar rug. De dokters die ze raadpleegde hadden geen oplossing. Sommigen suggereerden zelfs dat haar toestand psychosomatisch was, een overblijfsel van een ongelukkige, emotionele toestand. Niet tevreden met die uitleg zocht ze Cayce’s hulp.

Haar eerste lezing duidde een onevenwicht in de klieren aan als bron van haar ziekte. Een tweede lezing probeerde haar te helpen een antwoord te vinden op de diepe verlangens van haar ziel naar betekenis en doel. Veel van haar vragen gingen over hoe een maat te vinden. Cayce’s antwoorden zagen het huwelijk als een levensweg voor haar met een goed oog, maar zijn bijzondere raad was een juist begrip te hebben over een man te vinden die haar noden zou voldoen. Hij noemde haar “ongewoon aantrekkelijk voor het andere geslacht” en legde de nadruk op het echte doel van een sexuele liefdesverhouding. “Weet dat de ziel meer de zielsverwant is van het universele bewustzijn dan van een enkeling.” (2988-2) Met andere woorden, ze moest het doel in zicht houden. Innerlijke volmaaktheid of “universeel bewustzijn” was het doel. Een gepaste gezel kon haar helpen dit ideaal te bereiken, maar ze moest eraan denken (zoals wij allen) dat de echte “maat” de ziel is.

Cayce’s filosofie over sex en geest

Cayce probeerde mensen te helpen met alle soorten sexuele problemen door een betekenis aan hun leven te geven. Zijn doel als sexoloog was steeds de mensen te helpen hun sexuele verwarring, vervorming en onevenwicht op een nieuwe, hoopvolle manier te zien.

Hij trachtte hun sex probleem anders te belichten, als iets dat het vermogen van hun ziel diep raakte. Juist zolas Jung schreef dat de geslachtsproblemen van zijn patiënten tenslotte als geestelijke kansen werden gezien, zo ook trachtte Cayce het gezichtspunt van de mensen te verplaatsen.

Een punt in dit verse perspectief op sex is evenwicht. Heel wat sexuele moeilijkheden waarover sprake in de lezingen komen neer op een probleem van één of ander onevenwicht. een goed voorbeeld daarvan is een vrouw van 27 (1436) die Cayce om bijstand vroeg in de late jaren 1930. Ze had dringend medische hulp nodig omdat chronische vermoeidheid en gewichtsverlies haar sterk verzwakt hadden. Bovendien ondervond ze verwarring door haar geslachtsdrift en wenste de raad van Cayce te horen.

De briefwisseling bij haar lezingen gevoegd, geeft ons wat details over haar leven. Steeds ongetrouwd leefde ze bij haar oudere broer en hun ouders. De broer stond geldelijk voor hen allen in en wilde dat ze werk zou vinden en ergens alleen gaan wonen. Haar moeder wilde haar getrouwd zien, denkend dat dit normaal was voor een jonge vrouw.

Gedurende vele jaren had ze zich geïnteresserd voor esoterische en metafysische onderwerpen. Ze was op verkenning gegaan in de theosofie, maar beweerde dat het met die groep misliep omdat de leiders probeerden haar een sexuele verbintenis te doen op zich nemen. Volgens haar verhaal wilde men haar koppelen aan Krisnamurti, door de theosofen als de avatar van de 20ste eeuw beschouwd. Ze verliet hen meteen. Nu had ze ernistige gezondheidsproblemen: pijnlijke kysten en geen menstruaties meer sinds meer dan één jaar.

Cayce legde haar toestand onmiddellijk in verband met onevenwicht. “We hebben hier storende krachten wegens een onevenwicht tussen het zuiver lichamelijke, het mentale en het geestelijke ik.” De lezing beschrijft verder hoe ze in wankele toestand kwam. De gevolgen daarvan omvatten een stijging van kracht in haar geslachtsorganen die ze niet kon begrijpen en waarmee ze geen weg wist.

Cayce zei dat een actieve sexuele verhouding haar niet voorspoedig zou zijn “tot er in haar lichamelijk, mentaal en geestelijk ik werkzaamheden waren opdat de Scheppende Krachten evenwichtig zouden werken”. Eens dit evenwicht hersteld in haar leven zou, volgens de lezingen, haar liefdesleven iets worden dat schoonheid meebracht. Het verband tussen het liefdesleven en schoonheid wordt in haar lezing aldus beschreven:

V. Hoe kan ik een lichamelijk en mentaal evenwicht behouden zonder zoveel lichaamsoefeningen en een normaal evenwicht in mijn geslachtsdrift bekomen?

A. Zoals aangeduid werden de klieren gestoord. Nu, door een normaal evenwicht in het lichaam te scheppen tussen stoffelijk, mentaal en geestelijk welzijn, scheppen we niet alleen een normaal stoffelijk evenwicht maar geven – in de uitdrukking van wat werd aangeduid voor het stoffelijk en mentaal lichaam – een uitweg aan de schoonheid van sex.

Beschouw sex niet als een louter lichamelijke uitdrukking. Sex is een lichamelijk uitdrukking die schoon is indien ze vanuit dit gezichtspunt beschouwd wordt. Maar als het mentale en het geestelijke de weg tonen, dan is de uitweg voor schoonheid een normale uitdrukking van een normaal, gezond lichaam (1436-1).

Zelfs al voelt sexualiteit aan als een slagveld in onze ziel – zoals ongetwijfeld bij deze jonge dame – het is toch een prachtige gelegenheid een doorbraak te maken. Voor veel zielen is sex het gebied waar ze het meest geneigd zijn in moeilijkheden te geraken. Daardoor treden we ook in verbinding met de voornaamste bestanddelen van onze ziele make-up: de verbeeldende krachten van het gemoed (mind), beslissingen en keuzes van de wil, de bewegende levendigheid van de geest.

Sex kan dit aspect van het leven zijn waar we de meeste kansen hebben egoïsme, overheersing, vrees, onzekerheid te ontmoeten. Maar het is ook de plaats waar we de scheppende krachten sterk aanvoelen.

Cayce zag het liefdesleven als de plaats waar we de beste kansen hebben om onze ziel te ontwikkelen.

Hier kunnen we de fundamentele eenheid van alle krachten ontdekken. Hier is het rijk waar we nieuw leven kunnen scheppen.

Sexualiteit is ook de plaats in ons leven waar we geestelijke kracht in ons stoffelijk lichaam rechtstreeks ontmoeten. De sexuele uitdrukking is zo krachtig omdat ze de beweging is van de scheppende kracht (of kundalini) door de geestelijke centra (chakra, in Hindoe/Boeddhistische terminologie). Alle 7 worden erbij betrokken, maar in het bijzonder het 1ste en 2de centrum. De veranderde staat van bewustzijn die de sexuele extase soms vergezeld, is analoog aan andere vormen van zielsvervoering die kunnen veroorzaakt worden door de andere geestelijke centra. Als we niet vergeten dat zielsvervoering betekent uit zich treden, dan zien we dat sexuele vervoering een soort geestelijke of transpersonele ervaring is.

Dat is het juist wat Cayce bedoelde als hij beweerde dat sex het uitoefenen van de hoogste gemoedsaandoeningen die een lichaam kan ondervinden, inhoudt. (826-6)

Bij een andere gelegenheid verwees hij naar sex als de “hoogste trillingen die in de stoffelijke wereld ervaren worden” (911-5)

En al hebben de meeste mensen geen kennis noch van subtiele trillingen van kracht, noch van de chakra’s, noch van hun verband met het geslachtsleven, toch is er een algemeen gevoel verspreid dat sex tot transpersonele ervaringen leidt.

Een recent wetenschappelijk nationaal onderzoek wees uit dat 26% van de ondervraagde volwassenen tenminste één ervaring hadden van de heilige dimensie van het leven gedurende de liefdesdaad.

De onderwerpen in Cayce’s raadgevingen betreffende sex hebben een wereldwijde hoedanigheid. Het is natuurlijk dat we de nood en het verlangen voelen de hoogste gemoedsaandoeningen van een stoffelijk lichaam te ervaren.

Het is normaal dat sexualiteit hoe dan ook een grote invloed op ons leven uitoefent. De scheppende spanning tussen de vrouwelijke en mannelijke pool is zo sterk dat ze een uitdaging is voor ons gemoed (mind) en onze wil.

Of we ons onze vorige levens herinneren of niet, er is geen twijfel dat die ervaringen opgenomen door onze ziel, een weerslag hebben op onze alledaagse sexuele kijk en ons gedrag. Dit geldt ook voor de waarden en idealen die we in dit leven kozen.

De boodschap van deze lezingen is duidelijk: ons liefdesleven is de basis van wie we zijn en staat in verband met ons geestesleven. Het zoeken naar eenheid vereist dat we onze twee-heid in ogenschouw nemen, d.i. de polariteit die ons leven karakteriseert. Daar zielsontwikkeling betekent ‘de hoedanigheden van de geest bewust in de stoffelijke wereld brengen’ is sexualiteit niet iets wat moet onderdrukt of vermeden worden, maar wel iets prachtigs waarmee scheppend moet gewerkt worden.

Wanneer de reden of het ideaal van de liefde ons leidt, zal ze een zielsverheffing tot gevolg hebben.

Er zijn veel positieve keuzes. Sommigen zullen proberen die scheppende kracht door bespiegeling te doen stijgen zodat de geslachtsdrift vermindert. Anderen zullen manieren zoeken waarop de rechtstreekse uitdrukking van hun sexualiteit met iemand anders vreugde en transcendentie kan brengen. Maar welke verkenningsweg we ook kiezen, we zullen slagen als ware liefde onze drijfveer is.

(vertaling M. Vansteenkiste)

Gerelateerde artikelen

Back to top button
Close

Een Adblocker gedecteerd

AngelWings.nl wordt mede mogelijk gemaakt door advertenties ♥Support ons door je ad blocker uit te schakelen♥