Doornroosje verhaal
Op het zigeunerkamp leefden eens vele mensen, het was wel honderd jaren geleden natuurlijk.
Nou goed nu waren er op dat kamp een baas en een bazin…zoiets als zigeunerkoningen en koninginnen maar dan anders.
En ze kregen maar geen kinderen.
Wat ze ook probeerden en hoe de woonwagen ook kraakte onder hun wilde uitspattingen het lukte maar niet.
Op een dag ging de vrouw het bos in om hout te sprokkelen en zowaar er kwam een ufo voorbij.
De ufo landde netjes voor haar blote voeten en er stapte een groenling uit.
Zoiets als een kikker maar dan alweer anders.
Nu was het een mooie vrouw dat zeker wel. Een lange klokkende rok om haar heupen, en prachtige lange gitzwarte haren en duivels mooie zwarte ogen.
Een uur later zei de alien, ga naar huis en u zult een kind krijgen!
Nou de vrouw was natuurlijk enorm blij maar vertelde niemand over het verhaal over wat haar was overkomen in het bos.
Ten eerste niemand zou haar geloven en ten tweede, haar man zou haar zo haar lieflijke keeltje doorklieven als hij hoorde dat ze zwanger was van die groenling.
Toch was ze maandenlang erg nerveus want stel het kind was ook groen bv?
Maar gelukkig had ze geen angst hoeven hebben want 9 maanden later werd er een beeldschoon meisje geboren.
Met gitzwarte haren en gitzwarte ogen.
Iedereen was blij en er was feest, de vader had een wild zwijn geschoten in het bos en deze hing al een dag boven het spit.
Nu was het de gewoonte bij de zigeuners om oudtantes uit te nodigen in de hoop dat ze het kind in hun testament zouden opnemen.
Wie weet, maar nu waren er dertien oudtantes en ze hadden maar 12 wedgewood bordjes…
Dat was enorm balen, maar ach zei de vader, laat die ene tante maar zitten,dat oude mens legt altijd de kaart en is teveel met geesten bezig.
Dat wilde hij liever niet in de buurt van zijn prachtige kleine meid.
Dus 6 dagen na de geboorte kwamen alle oudtantes op bezoek, wederom had vader een nieuw wild zwijn moeten schieten in het bos, maar het was nu immers voor het goede doel nml enigszins een goede toekomst voor het meiske en wie weet, een leuke bruidsschat.
De oudste oudtante kwam bij het meiske kijken, zo zo kraste ze met haar oudewijvenstem. Mooi kindje hoor, geen vliesjes tussen de tenen, knipoogde ze naar de moeder, welke direct een knalrode kleur kreeg.
“Hoe wist die vrouw dat?” het zweet brak haar uit, maar toen schoot haar te binnen dat die oudtante enorm paranormaal was. Vandaar. Geruststellend klopte het oudje haar op haar hand, maak je geen zorgen…ze legde de vinger op haar oude droge lippen.
Pfieuw wat een mazzel die moeder toch had, de vader had gelukkig niets gehoord.
Ik hoop dat het meisje heel knap zal gaan worden en ik zal haar benoemen in mijn testament. De oudtante legde wat zaadjes neer voor de wieg.
Plant dit maar om de woonwagen, dan heeft ze een leuke toekomst.
Vader zag direct dat het fikse hennepzaden waren van vreselijk goede kwaliteit.
Dank u tante, dank u!
De volgende oudtante volgde, deze wenste het kind een goed karakter toe en gaf ook wat hennepzaden, voor later en zou het meisje ook benoemen in haar testament.
Het ging zo even door met alle oudtantes, die na hun zegeningen en cadeautjes, gouden oorringen bv en gouden halskettingen, voetkettinkjes, armbandjes, van alles van goud maar toch ook veel hennepzaden want daar zat enige verdienste in en dat kon nooit kwaad in deze harde wereld.
Maar voordat oudtante twaalf aan de buurt was, vloog het deurtje open in de woonwagen, met een klap sloeg deze tegen de wand aan.
“Zo gij stelletje Vuigelingen, ik ben niet uitgenodigd, he?” Snierde het oude wijf, het was nml. oudtante dertien, die uiteraard in haar glazen bol het feestje al had voorzien.
‘Oei wat dom’, dacht de moeder nog, logisch dat ze ervan af wist.
De oude vrouw lachte hard, ‘zo zo…dus ik mocht niet komen he?’
Ze spuwde wat bruinig tabakspruim op de hennepzaden die voor de wieg lagen.
Ik wens voor dit kind enkel ellende in het verschiet en dat een zwarte weduwe spin haar zal prikken als zij 16 is opdat zij zal sterven. Ze hocuspocusde er wat bij met haar oude handen in de lucht.
En vertrok met flapperende zwarte jas de deur keihard dichtslaand.
De moeder barste in huilen uit, de rest was met stomheid geslagen.
Wat een mazzel dat ik de laatste was vandaag zeg, riep een klein kwiek wijfje uit, ze liep snel naar de wieg en keek naar het meisje.
Zo kind, ik had nog niets gewenst voor je of aan je gegeven maar, ik kan niet ongedaan maken wat zij gezegd heeft maar ik kan ook zigeunervoodoo net als zij en ik wens je iets goeds toe, ok je zult dan wel flink in slaap vallen tzt, maarrrrrrrrrrr…je zult gered worden door een knappe zigeunerprins.
Even later vertrok iedereen, want het feestje was niet echt leuk meer natuurlijk.
De moeder huilde tranen met tuiten en dat ging zo dagen door. Vader was het wel zat twee huilende vrouwwezens om zich heen, dus hij ging de hennepzaden maar eens planten.
En terwijl hij daarmee bezig was, zag hij hoe de mooie zaden, veranderd waren in schimmelige zaden, vol afschuw stopte hij ze toch maar in de grond. Misschien wilde het nog wat opkomen.
Maar helaas er kwam niets op van de hennepzaden.
De dag kwam dat het meisje 16 was, ondertussen was haar moeder een wrak van ellende van de stress etc. Het kind had zowaar puntoren en als je goed achter die oren keek zag je een lichtgroene huid doorschemeren, dus mocht het meisje met haar prachtige lange lokken, nooit het haar in een staartje ofzo.
Vaders was behoorlijk aan de drugs verslaafd geraakt en lag de hele dag voor Pampus op de woonwagenbank.
Samen met zijn broer die op een ander kamp woonde had hij een flinke wietplantage en daar teerden ze nu al jaren op.
Doornroosje erg bang gemaakt voor spinnen, liep de dag van haar verjaardag even naar het bos.
Ze liep zomaar pardoes met haar gezicht in het web van een zwarte weduwe die haar flink in de neus prikte.
Oei die zwol direct gigantisch op zeg.
Snel naar huis, ze rende en rende, en uiteindelijk viel ze neer vlak voor de deur van de woonwagen.
Vader strompelde naar buiten en tilde zijn zo geliefde kind op om haar in de woonwagen te leggen.
Ze was buiten bewustzijn, haar neus leek wel een enorme knol geworden inmiddels. Hij zag hieraan dat de zwarte weduwe spin erin had gebeten helaas.
De toverspreuk was helaas uitgekomen.
De moeder viel huilend neer naar de bank waar haar kindlief op lag.
En buiten zweefde een kleine schotel langs het bos.
Ook daar was een droeveling, ook al was hij groen van kleur.
Het beeldschone kind bleef liggen waar ze lag en ze leek te slapen. Maanden achter elkaar er was geen beweging in te krijgen meer.
Bedroefd keken de ouders dagelijks bij het mooie meisje.
Maar ze werd niet meer wakker.
Velen trokken na jaren weg van het zigeunerkamp en de ouders werden oud en ouder en nog veel ouder.
Maar hun mooie kind werd niet meer wakker.
De ouders stierven en uiteindelijk, overleden ze en de woonwagen stond daar maar stil in het bos op een verlaten open plek.
Om de woonwagen heen groeiden allemaal wietplanten van uitzonderlijke kwaliteit, doch aan de buitenkant van deze plantage schoten flinke stekelige bosjes uit de grond die zeer hoog reikten.
Niemand kon er nog bij.
En zo verliepen er vele jaren…
50 jaar nadat het meisje gebeten was door de zwarte weduwe, kwam er een zigeunerprins in het bos en stond stil bij de verlaten open plek, te zien aan de vuurplaats die er ooit geweest moest zijn wist hij dat dit een oud kamp moest zijn geweest.
Hij pakte zijn heggeschaar van een bekend merk en sneed allerlei wilde takken weg, hij kende die geur nml goed.
Hmm daarachter lag wat lekkers te goed.
En na enige uren snoeiwerk zag hij plots een vervallen woonwagen staan. Hij glimlachte al die inmens hoge wietplanten hij was de koning te rijk en nu een geheimzinnig oude woonwagen, misschien lag er nog wel goud in de wagen?
Hij duwde de deur open, die half in de voegen hing, en daar op de bank lag een hele mooie jonge meid!
De zigeunerprins keek er eens naar, hm ze had wel een enorme neus zeg, vreemd, vast een of andere rare ziekte, hij keek snel in het rond.
Pakte het goud mee dat daar lag, gouden oorringen en armbanden en plots schrok hij zich wild, achter hem begon er iemand te geeuwen, echt vreselijk wat een intense geeuw dat was.
De prins keek om en keek in prachtige zwarte ogen, ze werd wakker.
Het meisje keek verward om haar heen, en raakte haar neus aan. De zwelling trok direct weg.
Oh ja ze wist het weer ze was gebeten door een zwarte weduwe.
De prins glimlachte en kuste haar zachtjes op haar rode lippen.
Het was een mooi kind dus hij deed wat zijn hart hem ingaf, nml zoenen.
Ze grinnikte en zei je bent eindelijk gekomen!
Niet begrijpend keek hij haar aan.
Maar wat maakte het ook uit wat ze zei.
Hij had een enorme wietplantage, goud en een mooie meid.
En ze leefden nog lang en gelukkig.
AngelWings