Wat een gemis 2025
Wat een gemis
2025
Veel is er niet over van dat wat ooit mooi was en gezellig.
Je belde elkaar op om te vragen wanneer je elkaar zou zien.
Je maakte afspraken, maar elke zondag ging je naar je ouders.
Zo zag je ook de familie nog even.
Verjaardagen waren gezellig: blokjes kaas op een bord op tafel, een plakje worst, een hete bitterbal, borreltjes, wijntjes en een vaasje met sigaretten voor wie wilde.
Het huis vol met mensen die elkaar kenden.
Verjaardagen waren altijd leuk!
Elke week gingen wij naar de stad, lekker winkelen, overal rondkijken in alle winkels.
Toen je nog met de auto de stad in mocht, langs een terras mocht rijden en je zoveel mensen zag.
Waar de V&D altijd het kloppende hart van de stad was.
En de stad stierf toen zij weggingen.
We hadden nog geen computer in het begin.
We namen muziek op via de radio of leenden een cd van een kennis of familielid om deze op te nemen.
Videobanden waren er bij de vleet, cassettebandjes idem.
Toen de pc kwam, was het een spel om bestanden te downloaden, wat eigenlijk verboden was.
Maar je was toch al nooit naar al die films gegaan.
En dat programma kon je toch ook niet allemaal kopen?!
Ondertiteling zoeken en een hoesje printen, en als je geluk had, hoefde je niet eens meer een cd of dvd te branden, maar kon het via een kabeltje zo op de tv geshowd worden.
Dat waren tijden: voor vrijdag een leuke film uitzoeken, ondertussen af en toe lekker relaxt simsen, een biefstukje voor het weekend, een stokbroodje met filet americain, een stuk brie die smolt op je mes — het was feest.
Elk weekend deed je dat dan voor je kind.
Voor jullie samen, om het gezellig te maken.
Het maakte het gemis van geliefden die gestorven waren niet goed — oh nee — maar toch.
Je redde het dan weer wel door al die kleine dingen die het leven het waard maakten om te leven.
De kleine dingen van geluk gaan ook stuk, door mensen die dingen stukmaken.
Het zit ze in het bloed.
Geen Sint meer met Zwarte Piet.
Nu heten negers ineens weer zwart en is de regenboog niet langer van iedereen.
Nu leven we in een rare tijd waarin kinderen vieze dingen leren op de lagere scholen.
Verklede mannen in een jurk met veel make-up die verhaaltjes voorlezen, alsof dat normaal zou zijn.
Een tijd waarin ouders zo gek zijn, dat men ze tien jaar daarvoor opgesloten zou hebben voor wat ze nu normaal willen maken.
Ze willen niet dat hun kinderen weten van welk geslacht ze zijn — dan kunnen ze nog kiezen.
Nu is er geen jeugdzorg die zegt: “Doe even normaal, ouders!”
In de stad moet je heel ver lopen tegenwoordig.
Zijn de winkels veel te duur.
Zijn er steeds minder winkels.
Betaal je veel parkeergeld per uur.
Is uit eten gaan niet te betalen, of even een drankje op het terras.
Absurde, zieke prijzen — het is allang niet meer wat het was.
Toen kwam er een virus dat ons allen opsloot.
En nu weet men niet meer hoe het ooit was.
Men is alleen nog bezig met zichzelf.
Men vergeet anderen, alsof zij er niet meer toe doen.
Alsof zij niet meer meetellen.
Moet men al tekenen voor een zoen.
Mannen worden slecht gemaakt, alsof zij dingen deden die niet mochten.
Alsof alle mannen zo zijn.
Mannen zijn nodig om ons te beschermen tegen hen die niet zuiver zijn.
Wat een gemis, die mooie tijden van voorheen.
Want vroeger was het niet zo slecht, naar het scheen.
Waar gaan we heen, waar gaan we naartoe?
Dat hele mobieltje is een gedoe.
Mensen lopen op straat en zien alleen die mobiel, dat minuscule scherm.
En om hen heen is niets.
In het luchtledige lopen ze een weg, maar niet bewust — maar heel erg pech.
Voor deze wereld die geschapen is door mensen die telkens anders willen.
Die winkels kunnen wel weg — de huur was gewoonweg te duur.
De straten op slot, alsof een stad een dorp is.
De muziekfestivals verdwijnen — teveel lawaai, en de vogels zouden kunnen huilen…
Waar jij moet schuilen tegen al dat gedoe en niet meer weet wat en hoe.
Alles saaier wordt dan ooit.
Er niets nog is dat mooier wordt dan enkel de zakken die men vullen kan — van zichzelf.
Zonder na te denken over een later, voor alle mensen en hun kinderen een later waarin de mens
gezond kan blijven van geest en niet enkel van lichaam!
Leven doen we met zijn allen tesaam!