web analytics
11:11 Dubbele getallen
Maatschappij & Psyche

De kus van Lennart

De kus van Lennart
door Henrieke Schoonekamp
Soms kom je van die pareltjes van artikelen tegen dat je ze niemand wilt onthouden. Zo ook de politieblog van forensisch onderzoeker Henrieke Schoonekamp over haar intens aangrijpende ontmoeting met Wendy. Een paar maanden geleden verloor Wendy haar zoontje. “Op het raam in de woonkamer staan zijn vingerafdrukken. En Wendy heeft René gevraagd hoe ze die vingerafdrukjes van het raam kan halen zodat ze bewaard blijven…”

Als ik klaar ben met forensisch onderzoek bij verschillende zaken rijd ik naar het politiebureau in Zutphen om het schriftelijk werk af te handelen. In de hal van het politiebureau spreekt de wijkagent René mij aan: “Ja, jou moet ik net hebben!”
Ik kijk hem vragend aan. “Loop even mee, koffie?” vraagt René. Nou wordt het echt eng…. De wijkagent die me vraagt mee te lopen en me ook nog koffie aanbiedt. Weifelend sjok ik achter hem aan.
Als we zitten vertelt hij dat hij is benaderd door Wendy, een vrouw die hij kent door zijn werk als wijkagent. Haar jongste zoontje van twee jaar is een paar maanden geleden overleden. Op het raam in de woonkamer staan zijn vingerafdrukken. En Wendy heeft René gevraagd hoe ze die vingerafdrukjes van het raam kan halen zodat ze bewaard blijven.
“Ik kan haar wel wat tips geven, maar volgens mij moet dit goed gebeuren en moet jij er gewoon even langs gaan om die vingerafdrukjes eraf te halen, dat is jouw werk, jij bent daar goed in,” zegt hij. Dit had ik niet verwacht. Ik zeg meteen ja. René maakt daarop een afspraak met Wendy voor de volgende ochtend en ik bel naar de afdeling met de mededeling dat ik de volgende morgen een paar uur niet te bereiken ben. Dat kan natuurlijk niet, maar als ik uitleg waarom is het goed.
De volgende ochtend rijd ik samen met René naar Wendy. Ik ben een beetje nerveus. Is het wel mogelijk om die afdrukken na maanden nog van het raam te halen? Wat als ik iets niet goed doe en ik dit vreselijk verpruts? Bij een misdrijf ben ik daar nooit bang voor. Maar dit is anders…
Als we bij de woning zijn, komt Wendy naar buiten en begroet ons hartelijk. Ze gaat ons voor haar huis in en vraagt of we wat willen drinken. Ik kijk haar aan en ik mag haar gelijk. Als hier geen kindje overleden was, maar er was bij ze ingebroken, dan was het een hele gezellige inbraak geworden. Ze komt terug met koffie uit de keuken en zet een schaal met appelflappen neer.
Ze vertelt over Lennart, haar jongste zoon. De dag na zijn tweede verjaardag lag hij totaal onverwacht dood in zijn bedje, een doodsoorzaak is nog niet bekend. Bij de zithoek staat een kast. De kast van Lennart. Ik kijk ernaar, terwijl Wendy vertelt over hem. Foto’s van een lachende Lennart. Een stralende peuter met een enorme lach, hele mooie krullen en zijn beer in zijn armen. Beer zit nu in de kast met andere knuffels en speelgoed.
Als ik verder kijk heb ik ineens de koude rillingen over mijn rug. Ik zie een kleine urn in de kast. Een kleine urn met de as van die stralende peuter.
Wat dit gezin de afgelopen maanden heeft meegemaakt, is onvoorstelbaar.
Wendy trekt het gordijn weg en meteen zie ik de vele afdrukken op het raam. Voor het raam staat een lage radiator. Lennart gebruikte deze blijkbaar om op te staan en mensen welkom te heten of gedag te zeggen. De andere twee kinderen zijn een stuk ouder en zouden hun afdrukken veel hoger op het raam hebben achtergelaten. Wendy zegt dat het gordijn bijna niet meer open is geweest. Ze vindt het heel mooi om de vette vingers van haar jongste te zien, maar het is ook zo confronterend. Ze wil de gordijnen weer open doen, de ramen wassen, het licht binnenlaten en vooral de afdrukjes van Lennart bewaard hebben.
Ik leg haar uit wat ik kan doen met mijn poeders. Dat als ik met een poederkwast over het raam ga de afdrukken heel goed zichtbaar zullen worden. Dat het er daarna niet meer zo uitziet zoals nu en dat ze zeker de ramen moet gaan wassen daarna. Want ik ga het nog veel viezer maken met mijn poeders. Wendy vindt het goed. Ze zegt dat Lennart helemaal niet op de radiator mocht staan. Ik glimlach en zeg dat het toch best fijn is dat hij af en toe niet luisterde. Wendy lacht. Ze gaat op de bank zitten en praat met René.
Ik pak mijn lamp en ga op mijn knieën op peuterhoogte voor het raam zitten. Ik schijn met de lamp en zie heel veel afdrukken van hele vette peutervingers. Ik ben opgelucht. Dit gaat zeker lukken. Vingerafdrukken vinden van volwassenen na drie maanden is geen gemakkelijke opgave. Van deze peuter gelukkig wel. Ik kijk rustig op het raam waar de mooiste afdrukken zijn, er zitten namelijk veel vegen tussen. Logisch, geen enkele peuter staat stil.
“Een cadeautje van Lennart. Een kus. Zo ineens onverwacht.”
– @henrieke_nr1
Plotseling blijven mijn ogen bij iets hangen op het raam. Ik kijk ernaar of ik het goed zie. Maar ik weet het heel zeker. Lennart heeft niet alleen zijn handjes afgeveegd aan het raam. Aan iemand die buiten stond heeft hij een kusje gegeven. Een kusje op het raam. Ik zie heel duidelijk de afdruk van zijn lipjes met daarboven een neusje. Ik krijg het erg warm, ben ontroerd. Ik kijk weer opzij en zie dat Wendy naar me kijkt. “Kun je er wat mee?” vraagt ze. Ik wenk haar en vraag haar te komen kijken. Ze loopt naar me toe en ik laat eerst de vingerafdrukjes zien en de vele vegen op het raam. Dan ga ik opzij met de lamp en laat haar de afdruk van het kusje zien. Ze ziet niet goed wat het is. Het is ook niet heel duidelijk met de lamp en ik kijk natuurlijk met een geoefend forensisch oog. Als ik haar uitleg wat ik zie, zie ik haar gezicht veranderen. Intens verdriet en blijdschap in één uitdrukking. Niet uit te leggen. Ze kijkt me aan en vraagt me bijna smekend of ik dat eraf kan halen.
Een cadeautje van Lennart. Een kus. Zo ineens onverwacht.
Ik vertel haar dat ik de kus heel goed van de ruit kan halen, evenals de vingerafdrukjes. Ik loop de woning uit en open de achterklep van de dienstauto. De post mortem koffer is het eerste wat ik zie. Niet nodig nu. Dit is een post mortem onderzoek wat me nooit is geleerd. Ik pak mijn sporenkoffer en ook dat voelt even raar. In deze koffer zit alles om sporen van boeven te zoeken. Nu gebruik ik het om de sporen van een klein dood boefje te vereeuwigen. Ik haal diep adem. Dit raakt me. Dit is geen werk, dit komt veel dichterbij dan werk. Dat is goed, ik ben ook maar gewoon Henrieke. Gelukkig is het ook geen werk. Dit is gewoon iemand helpen. En ik heb heel toevallig de kennis en de middelen om Wendy te helpen. Dat is alleen maar heel mooi.
Ik ga weer naar binnen, open mijn koffer en doe wat ik altijd doe. Ik bekijk de afdrukken en de ondergrond. Ik kies het hiervoor geschikte poeder, open het potje, doe een beetje poeder aan mijn kwast en ik breng het poeder aan op het raam. Ongelooflijk hoe vet die peutervingertjes zijn, zelfs na maanden worden de afdrukken meteen goed zichtbaar. Bij de kus poeder ik voorzichtig door. Net zolang tot het raam op peuterhoogte helemaal zilverkleurig is van het poeder. Links van de kus op het raam zie ik een andere afdruk, deze kan ik niet goed thuisbrengen. Wendy ziet dat ik erop schijn met de lamp. Ze kijkt en zegt: “Dribbel”. Ik kijk haar vragend aan. ¨Dribbel is de hond, zo stonden ze vaak samen naast elkaar tegen het raam.” zegt Wendy.
Met folies neem ik de afdrukken af. Gewoon zoals ik dat altijd doe met vingerafdrukken die ik vind bij misdrijven. Als ik klaar ben en alle mooie afdrukken van het raam heb gehaald blijft het gordijn open, de zilveren vegen goed zichtbaar. Ik ga op de bank zitten en krijg nog een beker koffie van Wendy. We praten wat en Wendy vertelt over de fotograaf die de folies zal gaan fotograferen. Hij heeft ook de uitvaart van Lennart gefotografeerd. Wendy pakt een boekje. Ik zie foto’s van een dood jongetje met mooie krullen. Wendy laat het boekje zien en vertelt hoe het ging; de dood van Lennart, de dagen erna en de uitvaart. Alles met foto’s erbij. Het raakt me diep.
Dan wordt het tijd om te gaan. Wendy loopt mee naar de deur. Ik wil een hand geven maar Wendy pakt me stevig beet en geeft me drie kussen. “Bedankt, dat je dit voor me hebt willen doen, bedankt.” Ik stamel iets als “graag gedaan”. Wat ik op dat moment wel denk maar niet uitgesproken krijg is: “Bedankt dat je me in je leven en huis liet en Lennart bedankt dat ik je ouders en broers jouw kus mocht geven”. Ik krijg het gewoon even niet uitgesproken.
René en ik rijden weg. Stil zitten we naast elkaar.
Een paar maanden later. Ik kom thuis na het werk. Ik zie een envelop op de deurmat en open deze met mijn jas nog aan. Ik herken het handschrift niet en ben nieuwsgierig wie mij wat stuurt. Het is een kaart. Ik herken de foto op de voorzijde meteen en even stokt mijn adem. De kus van Lennart. Met daarnaast een prachtig gedicht. En op de achterzijde een persoonlijke tekst. Wat mooi om dit te krijgen. En wat mooi dat ik die kus heb mogen vinden en heb mogen geven aan mama, papa en broers.
De tranen rollen over mijn wangen.

https://www.ad.nl/ad/nl/1003/You/article/detail/4124808/2015/08/19/Kus-van-Lennart-verrast-moeder-na-overlijden-zoontje.dhtml

Gerelateerde artikelen

Back to top button
Close

Een Adblocker gedecteerd

AngelWings.nl wordt mede mogelijk gemaakt door advertenties ♥Support ons door je ad blocker uit te schakelen♥